1.2.08

foto's eindpresentatie


Zaterdag nog wat kunnen werken, maar er kwam al veel bezoek. Eerst nog dapper geprobeerd de concentratie te behouden - het is per slot een "open atelier" - maar op zeker moment lukte het echt niet meer. Dus in plaats van tekenen: praten en uitleggen. De bezoekers waren meestal erg nieuwsgierig naar het proces en de ervaringen. En de kennissen, tja, die vroegen steevast: "Wat is nu van jou?"

Zondag was er geen gelegenheid meer om te werken. Dat gaf even een verloren gevoel. Tijd voor een omschakeling naar een andere rol. Dat kostte even moeite, maar al snel druk aan het praten, naar de muziek luisteren, glazen spoelen, lekkere dingen eten en gezellig bij de kennissen zitten. 's Avonds als het bezoek is vertrokken de spullen bijeenpakken en in de auto laden. Het is nu echt voorbij. Het werk kan nog even blijven hangen.










30.1.08

Eindweekend

Voor de vrijdag hadden we werk aan de muren gehangen en de ruimte vrij gemaakt voor de nieuwjaarsborrel van het Kunstcentrum. Dat voelde ontheemd en ontheiligd. Een werkruimte werd ineens omgewerkt in een soort ontvangstruimte met caféfunctie. Ook voor wat we te laten zien hebben voelde het niet goed. Het proces raakte zoek en het werd te veel en tentoonstelling.
Hoe houdt je het proces en het idee erachter zichtbaar wanneer je ook de eindproducten toont - met dat laatste ervaarden wij de zwaartekracht van het bekende recept 'expositie'.

Op zaterdagochtend hebben we de ruimte weer terugveroverd - wat vlotjes lukte gelukkig, en hebben we besloten elementen van de werkruimte weer terug te brengen: een ezel, tekeningen op de vloer, en ook daadwerkelijk en in werktenue aan het werk zijn. Een kleine diapresentatie van foto's gedurende de maand maakte ook zichtbaar wat er aan deze momentopname vooraf gegaan is.

Het hele weekend hadden we goede aanloop, het publiek heeft zich gespreid en we konden veel gesprekken aangaan en zaken toelichten. De life muziek op zondag maakte het heel feestelijk. De aantallen volgen nog, ons 'score-kaartje' ligt nog in de galerie.
Op zaterdag was het midden op de middag een kort moment even vrij rustig en kon ik de camera pakken. De rest van het weekend is het er niet meer van gekomen. Helaas want deze eerste opname is voor verbetering vatbaar. Helaas ook want shots mét publiek maken ook iets duidelijk, hieronder er een bijgevoegd van een bezoeker op de zondag. Misschien zijn er nog meer?

Ik hoop van de week nog wat foto's van verschillende werken in close-up te kunnen maken, voordat we het allemaal weer opruimen. Mogelijk kunnen we nog serie's werk in verschillende stadia hier posten. Echter het werkproces zelf vol ingaan en daarvan tegelijkertijd een zorgvuldige documentatie verzorgen, was op sommige dagen teveel gevraagd.
We moeten samen eens kijken wat we nu hebben aan foto's. Want we hebben de tip gekregen een boekje te maken van onze tekeningen, waarin we dat proces meteen ook beter zichtbaar kunnen maken - in wezen een nieuw project. Maar ik heb het in gedachten al in handen! :)

We gaan het werk opruimen en het project met elkaar evalueren, daarvan beloof ik hier ook weer verslag.

24.1.08

Reflectieve fase, opmaat naar de presentatie

Vertrouwen hebben is het opgeven van controle. Controle over het beeld is iets dat een kunstenaar niet makkelijk opgeeft. Zelf heb ik dat opgeven van controle structureel verwerkt in mijn werkwijze, en dat is in dit project tot aan zekere (en onzekere) grenzen opgerekt. (Ten eerste natuurlijk: Ik kan dat wel willen, maar de anderen dan?)

Ongeveer een jaar geleden had ik een expositie met 4 andere kunstenaars. Het contrast met dit project is groot. Vijf aparte plekken, vrijwel aparte ruimtes in een galerie, ieder zijn of haar eigen werk, eigen 'ding'. Ook daar waren er combinaties die echt niet konden en hebben we gepuzzeld tot we een opstelling hadden, maar er was geen overvloeien, geen interactie - niet vergelijkbaar met nu.
Daar had ik controle over mijn eigen ruimte, eigen werk en opstelling. Hier heb ik dat opgegeven... om steeds opnieuw een stem te zijn in het geheel.

Mijn eigen grenzen in mijn werkwijze ben ik tegengekomen. Zoals: misschien moet je je niet openstellen voor álle invloeden (ik ben heel naïef begonnen, ja). Ik heb in de eerste periode veel dynamiek maar daarmee (voor de anderen?) ook chaos gecreerd, en chaos was mijn deel in de voorlaatste week toen ik het proces en de uitkomsten niet meer kon volgen, het contact ineens kwijt was. Wat heel pijnlijk was om te beleven.
Zo buiten zo binnen, zo boven zo beneden. De scheiding is fictief. Ineens gingen er dingen gebeuren die ik gedaan kon hebben, werd er ingegrepen op een manier waar ik me in herkende, die ik zelf gedaan zou willen hebben!

We hebben in dit project zo sterk steeds moeten werken met 'wat er is'! Als je binnenkwam met plannen voor een speciale tekening, was deze twee van de drie keer al door een ander veranderd en je plan niet meer to the point. Dat was soms verwarrend, soms eigenlijk rete-goed: we konden niet werken in ons hoofd, maar enkel in de materie en het moment. Ook op je eigen atelier is dat van belang, in je hoofd kun je de mooiste beelden hebben maar dat is niet hetzelfde als ze werkelijk maken.

De plannen voor ruimtelijke objecten blijken minder goed realiseerbaar in deze korte tijd. Het proces van het maken van een object is anders, minder direct dan tekenen, het vergt meer onderzoek van materialen, meer uitproberen. Een aantal aanzetten tot objecten zullen niet gepresenteerd worden, maar zeer waarschijnlijk wel uitgewerkt na januari. Wel jammer want we zijn van mening dat de enorme ruimte van het Electrolokaal er om vraagt niet alleen werk aan de muur te hangen.

De afgelopen dagen kenmerkten zich door een andere energie, nodig om een werk af te maken, tot een goed einde te brengen. Ik ben benieuwd hoe het zal zijn om nu aan het eind onder ogen te komen wat we gemaakt hebben, we gaan het ten slotte niet alleen toonbaar en 'te bezichtigen' maken voor het publiek, maar ook voor onszelf. Een van de goede dingen aan exposeren is dat je je werk gaat zien, anders gaat zien, het staat op zichzelf.

Ook al is er minder tijd verstreken dan anders wanneer je een werk exposeert, minder afstand genomen: Ik ben benieuwd wat we te zien krijgen!

23.1.08

nog een paar laatste previews...

Toen ik dinsdag in de galerie kwam heerste daar een enorme stilte. Er werd gewerkt en je hoorde de krijtjes gaan en af en toe ging iemand verzitten. Maar de concentratie was enorm en de stilte aanwezig.
We hadden een tegenvaller: Joke heeft haar vingerkootje geblesseerd, er is een splinter afgebroken en ze heeft nu een spalk. Jurgen doet hieronder op de foto voor hoe het eruit zag toen het net gebeurd was.
Was het de laatste werkdag? of krijgen we donderdag ook nog wat gedaan? Donderdag moeten we aardig veel voorbereiden omdat er vrijdag een nieuwjaarsborrel van het kunstcentrum plaats zal vinden in de galerie. Leuk veel publiek, en goed publiek want er komen cultuur-bobo's zal ik maar zeggen.
We zijn wel voornemens om zelfs zaterdag zo goed als het gaat door te gaan met tekenen en werken. We willen het proces laten zien, ook dan, en we beschouwen het weekend als een momentopname en niet als een formeel of toch weer statisch en opgepoetst eindpunt. We zijn wel benieuwd of dat ook lukt want het is toch òf praten met het publiek òf actief tekenen.

22.1.08

eindpresentatie zaterdag en zondag



We zijn in een afrondende fase aangekomen. Donderdag beginnen we met het inrichten van de eindpresentatie. Maar tegelijkertijd zal er vast ook nog wel wat gewerkt worden zolang dat gaat.

20.1.08

foto-impressie van zondag 20/1



















naast ingrijpen ook praten...

Vrijdag zijn we weer als vanouds als groep in gesprek geraakt bij het gemaakte werk. We geven dan commentaar en we sturen aan op een beoordeling, al dan niet in onderlinge overeenstemming. Dat oordeel kan zijn: het is klaar, of: er wordt nog aan gewerkt, en soms ook: jammer dan, dit gaat niet meer lukken. Voor mij vormen die gesprekken de kern van d5. Je kan zeggen dat het maken van gemeenschappelijk werk, of individueel werk vanuit een gemeenschappelijk thema, of individueel werk als reactie op ander werk, kortom de fysieke producten ofwel de "kunst" de kern van d5 betekenen, maar voor mij zijn het vooral die momenten van onderling gedachten en beoordelingen uitspreken over het voorliggende werk. Het zijn magische momenten waarin je als kunstenaar ruimte geeft aan de ratio, het redeneren, het verstand en de logica, zij het een logica in dienst van het gevoel en de intuitie. Die momenten van onderlinge communicatie, waarbij de wetten van het gesproken woord dwingen tot begrijpelijke taal, moet je als kunstenaar een brug slaan naar elkaar vanuit andere vaardigheden en motieven, dan wanneer je als kunstenaar werkt in een tekening of schilderij. In je eigen werk kan je onlogisch zijn, tegenstrijdig, warrig, chaotisch, je kunt onmogelijke dingen mogelijk maken, daarvoor ben je kunstenaar. Beelden hebben immers een eigen logica die zich onttrekt aan de doel/middelen logica van alledag. Een kunstenaar ontwikkelt in zijn werk een persoonlijke grammatica en een persoonlijk idioom. In zijn of haar universum gelden andere wetten.

Het zou eigenlijk voor de hand liggen dat wanneer je met elkaar gaat praten over het onderlinge werk, er een babylonische spraakverwarring ontstaat. Toch gebeurt dat niet. Natuurlijk blijven er verschillen van inzicht en beoordeling, maar er is ook steeds een onderling begrijpen. Eigenlijk een klein wonder.

19.1.08

Mid-proces crisis

Ik zit er sinds gisteren finaal doorheen.

Het was een vreemde dag gisteren; er was veel te regelen met het kantoor van de galerie, er kwam een journalist met fotograaf langs, er zou een 'kunstklas' 5 atheneum met 25 leerlingen kunnen komen (niet opgedaagd), allemaal zaken die afleiden van het 'maken' van werk. En we zouden aan het einde van de middag het werk tot nu toe bespreken en langslopen. We vertrouwden er denk ik wel op dat dat op de aloude manier zou gaan, zoals we dat deden zonder tijdsdruk, publiek of concreet project.
Op de een of andere manier, en ook wel om heel verschillende redenen, hadden we allemaal al veel eerder op de middag behoefte om die bespreking te doen. Zelf had ik die bespreking liever gedaan na sluitingstijd, maar ach, nu dus genadeloos tijdens de openingsuren. Ineens was daar de openbaarheid scherp aanwezig in mijn beleving!

Het zijn intensieve weken geweest, de vermoeidheid, de verwachtingen - want alles gaat natuurlijk zijn eigen weg, de hoop, de plannen die niet in de tijd passen en het niet vinden van mijn draai de afgelopen 5 a 6 dagen (ik kan geen manier vinden om mijn bijdrage of werkwijze een plek te geven in de tekeningen en waar ik dat doe geven de andere 4 aan dat ze er niets mee kunnen), het breekt me op.

Natuurlijk was het te verwachten, iedereen zag aankomen dat dit project ook zo zijn moeilijke kanten zal hebben. De hoge drukketel, een snelkookpan. Glashelder. Hoe en wanneer het komt weet je alleen nooit precies. Nu is het de kunst om dat allemaal los te laten, een - voor mij - nieuw begin te maken ergens in het project, hoe klein ook. Misschien niet vandaag, want ik ben bek af.

Dankzij een bezoeker toch een paar beelden van de toestand en de bespreking d.d. vrijdag 18/1:

18.1.08

Wat zijn we aan het doen - een poging tot beschouwing

Kan je eigenlijk de aloude perceptie en kijkstrategie wel ondermijnen of zelfs veranderen, die zo sterk bepaald wordt door het idee van de auteur?

Myriam van Imschoot (MvI) maakte in 2002 'Letters on Collaboration, a video Lecture' en publiceerde enkele van deze brieven over samenwerking in de Witte Raaf van december 2007. Zij plaatst kanttekingen bij de strategie van samenwerkers om een psuedoniem of vermomming te gebruiken en daarmee sterk bewust met het auteursbegrip te spelen. (Wij doen dat niet, wij denken alles te laten zien. Waarop ik hieronder nog terugkom.) Myriam zegt:
"Het spel met de ganse auteurskwestie kan de conventionele en vaak economische aard van het statuut van de auteur expliciteren. Het kan verwarring zaaien, verdoezelen, vervormen, het reële werkproces versluieren, maar uiteindelijk wordt de macht van de 'naam', van het 'merk' op die manier niet alleen gedemonstreerd: zo'n demonstratie is tevens een bevestiging en bekrachtiging van de feitelijke situatie. Het is niet omdat dergelijke pogingen tot subversie een logica aan het licht brengen, dat zij die ook ondergraven."

Misschien speelt hier een onoverbugbare kloof... Wij hebben het proces met dit project openbaar gemaakt, en dachten dat daarmee alles zichtbaar werd. Maar is dat wel zo?

Een bezoeker van de eerste week bracht zijn verwachting onder woorden: dat in het eindresultaat straks ook te zien zal zijn hoe de samenwerking eigenlijk verliep. Als iemand zich klein zou gaan voelen in de groep tijdens het proces, dat dit ook af te lezen zal gaan zijn aan de tekeningen in het laatste weekend. Dat het proces op die manier zichtbaar gaat worden in het eindproduct.
Deze verwachting deel ik niet, maar wij hebben wel gedacht dat in het openbaar werken het proces zichtbaar zou maken. Toch is het tot nu toe nog steeds de vraag hoe het proces van samenwerking zoals wij dat ervaren erkend zal worden, gezien zal worden, hoe het begrepen zal worden door het publiek.

Heel kort gezegd werken we alle 5 aan de tekeningen, soms na elkaar, een enkele keer tegelijkertijd. Er begint er een, een tweede reageert op hetzelfde vel. In dit stadium kun je vaak de bijdragen nog 'scheiden', onderscheiden van elkaar. Maar wat er al wel gebeurt: het verhaal gaat niet meer dezelfde kant op, er ontstaat ruimte voor een nieuwe richting. Een derde of vierde, en soms zelfs vijfde bijdrage gaat die richting bepalen, tekenen, betekenen.
Soms gaat het verhaal alle kanten op en komen we er in het beeld niet uit. Een dergelijke wending vraagt om herstel van de richting in de tekening. Wij hebben dat eerder wel opgelost door de tekening aan 1 van ons te geven om 'af' te maken of op een andere manier stevig een stempel op te drukken. Deze ene van de 5 krijgt dan de leiding over de tekening. Het is een kunstgreep omdat we niet aan kunnen zien dat sommige werken verloren dreigen te gaan. Ons eigenlijke doel is in de meeste gevallen iets anders, daar kom ik straks op terug.

Dit 'verloren gaan' of dat de behoefte aan leiding de kop op steekt wordt mooi verwoordt door Daniel Lepkoff: " Samenwerking: meerdere personen verenigen hun talenten en energie om iets te verwezenlijken. Dat 'iets' is het voornaamste. Samenwerken over samenwerking is een cirkelgang. In alle geslaagde artistieke samenwerkingen die ik heb beleefd (het resultaat had een heldere vorm en was waardevol) werd dat 'heldere iets' door één enkele persoon gedefinieerd, te weten de leider. Bij het samenwerken manifesteert het leiderschap zich altijd in het vuur van de strijd. (...) Kunnen volgen is een kunst. Vormen van samenwerking waarbij de deelnemers allemaal evenveel inspraak willen, neigen naar zelfdestructie, doordat elke stem de vorige nuanceert, komt er ruis op de boodschap: een pendelbeweging met verlies."

Misschien moeten we ruimte houden voor dit soort resultaten in onze eindpresentatie, en niet te veel tekeningen willen 'redden' of tot eindresultaat brengen (o, de ijdelheid van de kunstenaar). Want onze samenwerking wordt, als er al sprake is van een leider, hooguit gekenmerkt door een wisselend en situationeel leiderschap.

Eerlijk gezegd was ik het in eerste lezing niet met bovenstaande beschrijving van samenwerken eens. En ging er door me heen: daar zijn wij niet mee bezig... bij ons ligt veeleer de nadruk op dat 'voornaamste iets', maar gek genoeg wel zonder te weten wat het is of waar het naartoe gaat. Wij spreken nauwelijks uit wat we aan het maken zijn, wat het doel is. We zoeken naar die werken en momenten waar " twee stromen bij elkaar komen om een derde stroom te maken, een stroom waarvan we veronderstellen dat hij òns is." (Gilles Deleuze geciteerd door MvI)
"Samenwerking is chemie zonder formule. Niemand weet hoe je het surpluseffect moet bereiken of berekenen. Je kunt het uitlokken, maar je kunt het niet plannen. Als de som van de delen overloopt dan spreken we van magie. Als dat niet gebeurt, dan werken we natuurlijk evengoed samen, maar dan doen we dat zonder die extra gift die samenwerking kan opleveren." (MvI)

Wij lokken het uit. Ja, en we doen het ook als het niet gebeurd: in één ruimte werken met de intentie samen te tekenen, in te grijpen, op hetzelfde vel te werken... er wordt nu zichtbaar dat de interferentie overvloeit, dat vormen overgenomen worden. Soms is nog glashelder wie de kwast hanteerde - en wat zegt dat eigenlijk? En soms ook niet meer, dan zouden we in ons geheugen moeten terugzoeken naar het antwoord op de vraag 'wie deed wat'?

Scheiden en verbinden, samen of even terug naar je eigen veilige plek en vel papier, maar hoe afgescheiden is dat? Een kunstenaar werkt niet in afzondering. Niet buiten de tijdgeest, niet alleen. En bij uitstek houdt een kunstenaar zich bezig met 'zichtbaar maken'. In dit geval maken we door onze samenwerking ook zichtbaar: het auteursbegrip gegrondvest op het idee van de scheppende individu. (Dan maar niet ontwrichten.) :)


Nog één gedachte, waarop ik later wellicht nog een keer terug kan komen:
Door het proces van het gezamenlijk werken openbaar te maken, is naar mijn idee - gebaseerd op de uitwisseling met publiek - niet per definitie dat proces in zijn geheel zichtbaar geworden. Er blijft een stuk van het proces dat wij ervaren onbeleefbaar voor de toeschouwer. Deels misschien omdat het momentopnamen zijn en de toeschouwer niet fulltime in de galerie aanwezig is. Hij of zij is slechts bezoeker, en met enig geluk een terugkerend bezoeker.

Ik houd het daarnaast niet voor onmogelijk dat de hierboven genoemde surplus die de som meer maakt dan het optellen der delen, dat momenten waarop dat gebeurd, of de manier waarop dat tot stand komt, toch onzichtbaar blijven. Wij zelf zijn daar soms heel even getuige van. Het is als een moment: alweer voorbij, ongrijpbaar, hooguit gestold in het eindresultaat. Vaak ook ziet zelfs de kunstenaar pas na het handelen wat er tot stand is gekomen, wat er werkelijk is gebeurd of gemaakt. Het zijn wonderlijke momenten... (die we graag uitlokken!) en die de dichotomie publiek-prive lijken te ontgaan, of te ontstijgen.


---------------------------------------------
Lees over Myriam van Imschoot in de Witte Raaf 130 of op: www.sarma.be
Op deze site zijn ook artikelen te vinden over (de ontwrichting van) het auteursbegrip

17.1.08

Klein hangprojectje vandaag...

De ruimte is niet alleen groot maar ook hoog. We hadden vandaag 3 a 4 menskracht nodig om een tekening te verhangen. Het hanteren van zulke lappen papier is een kunst op zich.
Verhangen of verleggen is soms nodig om een nieuw perspectief te krijgen op het werk.



En een van de drie onderstaande afbeeldingen is een eerste teken dat we een nieuwe fase gaan naderen!

15.1.08

Afgelopen (het tweede) weekend

Het eerste weekend kwamen er meer dan 30 bezoekers, nu krijgen we duidelijk meer aanloop en hebben over belangstelling niet te klagen: we krijgen veel vragen en hebben veel contact met het publiek!
Soms doen bezoekers ook mee, door voorwerpen langs te brengen, of een hele middag in een hoekje te zitten tekenen. Sommigen komen zo op dreef met plannen en associaties dat het lijkt alsof d5 spontaan uitbreidt. Ik merk dat ik me af en toe ook moet afsluiten voor alle spontane creative ideeen van hen om de draad niet kwijt te raken: met zijn 5-en is al ingewikkeld genoeg :)
Een steeds terugkerende vraag van bezoekers: wat is van wie? wat is van jou? Dat het van ons 5-en is, dat er niet maar 1 handschrift te zien is, er zelfs soms nieuwe handschriften onstaan door de wisselwerking, vraagt van de kijker mogelijk een nieuwe kijkstrategie...?

13.1.08

Jeuk en kriebels...

Ik voel me als een kind dat niet kan wachten tot zijn verjaardag aanbreekt. Ik kan niet wachten tot het moment daar is dat ik weer ‘ons’ atelier binnen stap. Daar moet ik zijn, daar kom ik tot rust. Maar tot dat moment moet ik telkens zien te dealen met een carrousel van ideeën in mijn hoofd, jeuk in mijn handen en kriebels in mijn buik.
Dit project voedt me en scherpt me. Ik ontdek en leer veel in korte tijd over mezelf en de anderen en ons werk. Gisteren heb ik weer eens ervaren dat binnenkomen met te veel vooropgezette plannen niet werkt. Ik stond niet meer open voor wie en wat er was en wat zich aandiende.
Eenmaal weer aangesloten op de stroom van het groepsproces hebben Corinne en ik aan het einde van de dag nog een paar monumentale ingrepen ‘gepleegd’, om tegenwicht te bieden aan de in ieder geval naar mijn smaak te overheersende toon van gedetailleerde tekeningen/collages.

Wat speelt er nog meer? De wat hete adem in de nek die we al een beetje beginnen te voelen voor de met rasse schreden naderende eindpresentatie. Wat doen we? Maken we er een daadwerkelijk afgeronde eindpresentatie van of durven we het aan ons ‘ongoing-process’ tot het allerlaatste moment te laten doorlopen?
Wordt vervolgd...

12.1.08

Verschuivingen

Inderdaad zoals Hettie schrijft: Er is nu wel heel veel keus ontstaan, vele tekeningen waaraan verder gewerkt kan worden, een brede basis zeg maar. Er gaat nu bijna geen dag meer voorbij of het aanzien van de galerie is veranderd...
Een paar sneak previews van afgelopen donderdag:




































































Het ophangen van deze laatste tekening die horizontaal is gemaakt met de vloer als onderdeel van de tekening, was een hele klus. Vanaf de vide heb je een goed zicht op het beeld. (Datzelfde gold toen het op de vloer lag: het beste beeld had je van 'boven', vanaf de vide.)

Terwijl het daar hangt, geeft het ook alweer nieuwe ideeen. Het is enorm waardevol zo te mogen 'doen' en uitproberen in de galerie. Waar je vaak maar 1 of hooguit een paar dagen hebt om een galerie in te richten en door de beperkte tijd bekende en veilige keuzes maakt, kunnen we nu echt met de ruimte werken en van idee naar idee groeien.

De vaart zit er enorm in, zo met zijn 5en en met de beperkte tijd waarin we werken... die eerste anderhalve week is omgevlogen!Komt allen zondag kijken voor de 1e tussenstand! :)